Roderwolde Hervormde kerk

Kerk.
Voorheen stond hier een kerk die in de tijd van de hervorming in een slechte toestand verkeerde. In 1619 en 1624 hersteld. In 1677 echter toch geheel vervallen. In 1831 besloot men een nieuwe kerk te bouwen die nu midden in het dorp kwam te staan. Als predikant stond hier eenmaal Roelof Bennink Janssonius (1842-1846) die te Groningen studerend in 1841tot doktor in de theologie bevorderd werd en te Arnhem (1860-1861) uitgaf: Geschiedenis van het kerkgezang bij de Hervormden in Nederland (01).


Ansichtkaarten



Foto Reliwiki


Provinciale Drentsche en Asser courant 27-07-1852

1830-1852: In deze periode was er een geschil tussen schoolmeester A. Odding en de kerkvoogdij over een aan het voorzangers-, schoolmeesters- en kosterambt verbonden emolument (het weiden van 3 koeien op de Roderwolder dijk. De correspondentie tussen de verschillende partijen is te vinden in een PDF. Ook het college van Toezicht voor de Hervomde Kerk en Gedeputeerde Staten waren betrokken.

Provinciale Drentsche en Asser courant 27-07-1852


In het dossier hierboven is ook het bovenstaande document met een soort motto te vinden van deze onderwijzer A. Odding (Klik op de afbeelding voor een vergroting)
Transcriptie:
WAARHEIDSLIEFDE
moet een eerste grondslag zijn in
het karakter van den onderwijzer hij toch werkt met door zijn voorbeeld
dus al te dezen aanzien zijn voorbeeld den gewigtigen invloed te
weeg te brengen dat hij zich daarom dan nooit schamen? waar het hem altijd
als een dienstpligt voorstelle de waarheid hulde te ...den.

Orgel

1891: Aanschaf van een orgel, geleverd door Le Clerq uit Groningen. Uit de notulen van de kerkvoogdij uit 1911 en 1912 blijkt dat het om een harmonium gaat, dat bij de aanschaf in 1910 van het Bakker en Timmenga orgel voor f 80,- werd verkocht aan de orgelmaker Beukema uit Groningen. In 1912 blijkt dat het "voorfront" nog in de pastorieschuur staat. Het harmonium had dus een schrijnfront. Besloten wordt het hout van het front op te stoken in de kachel van de kerk en de zinken pijpen te verkopen.
In de kerkenraadsvergadering van 8 november 1891 wordt de aanschaf van het orgel genoemd. Men koesterde al lang de wens om een orgel aan te schaffen. 'Daar de diaconiekas zich in een grooten bloei mag verheugen besloot men met toestemming van de hoogere besturen, het benoodigde geld daaruit te nemen'. Door de bemiddeling van dhr. Le Clercq uit Groningen kon een geschikt orgel worden aangeschaft. Predikant P.A. Baak nam het orgel in gebruik met een preek over Colossenzen 3:16a


Nieuwsblad van het Noorden 15-11-1891, 17-05-1896


Provinciale Drentsche en Asser courant 13-11-1891


Provinciale Drentsche en Asser courant 06-02-1909


1910: In een brief van 19 april geeft het provinciaal kerkbestuur toestemming het nieuwe orgel te financiering vanuit het batige saldo van f 1.734,29 van de diaconie.
Op 28 april krijgt Roderwolde van het Provinciaal kerkbestuur om een orgel aan te kopen.
De firma Bakker en Timmenga te Leeuwarden levert volgens contract d.d. 22 augustus een orgel met de volgende dispositie:
Manuaal
. C - f3
1. Prestant 8’
2. Bourdon Discant 16’
3. Holpijp 8’
4. Viola di Gamba 8’
5. Aeoline 8’
6. Fluit 4’
7. Octaaf 4’
8. Octaaf 2’
Aangehangen Pedaal C - g; ventiel; boven het pedaalklavier een trede voor zacht en sterk spel.
Zacht: Aeoline 8', Holpijp 8', Fluit 4'
Sterk: Prestant 8', Bourdon 16', Octaaf 4', Violon 8', Octaaf 2'

Transcriptie:
Contract
De ondergetekende Kerkvoogden der ned. Herv. Gemeente te Roderwolde der eene, en A. Timmenga firma Bekkaer en Timmenga Orgelfabrikant te Leeuwarden ter andere zijden zijn overeengekomen als vogt.
Ik ondergetekende A. Timmenga neem aan voor cotractanten ter eene zijde te vervaardigen een nieuw kerkorgel voor de som van Een duiznd achthonderd en vijftig gulden, naar een tekening door het kerkbestuur goed gekeurd.
Het werk zal bevatten een handklavier strekkende van groot C tot 3f zijnde 4 1/2 octaaf in omvang met een aangekoppeld pedaal groot 1 2/3 octaaf beide van eikenwagenschot, het klavier belijmd met eerste soort Celluloid Ivoor en acht sprekende stemmen, welke door een treede boven het pedaal kunnen worden gesteld op zacht en sterk spel (combinatie)
Dispositie
Eerste Combinatie (zachtspel)
1. Aeoline ‘ 8 voet van hout en metaalhout en metaal
2. Holpijp 8 voet van hout en metaalhout en metaal
3. Fluit 4 voet van hout en metaalhout en metaal

Tweede Combinatie (sterk spel: )
4. Prestant 8 voet van tin in het front en metaal.
5. Bourdon 16 voet discant
6. Octaaf 4 voet
7. Viola di Gamba 8 voet
8. Octaaf 2 voet
9. Ventiel
Samen 384 sprekende pijpen

Al het materiaal dat voor de bouw van het Orgel wordt gebruikt zal van het beste zijn, waarom de vervaardiger dan ook twintig jaar aansprakelijk blijft voor alle gebreken, welke aan slechte bewerking
of verkeerd materiaal te wijten zijn. Daarentegenneemt het Kerkbestuur de verplichtingop zich om gedurende bovengenoemd tijdvak een sper jaar het Orgel te laten stemmen door den vervaardiger tegen eene vergoeding van vijftien gulden per keer. Zegge f 15,-
Het schilderen der orgelkast blijft ter keuze en voor rekening van het kerkbestuur, zomede het timmerwerk wat buiten het orgel moet geschieden.
Transport, reis en verblijfkosten komen voor rekening van de vervaardiger.
Acht maanden na ondertekening van het Contract zal het orgel geheel speelvaardig in de kerk worden opgeleverd. Bij oplevering kan het vanwege hetKerkbestuur nauwkeurig worden onderzocht door een bekwaam deskundige tot genoegen van beide partijen.
De betaling zal geschieden na afloop en ingebruikneming van het orgel in éé'n termijn, of indien deze betaling niet ineens geschiedt zal het resterende tegen eene rente van 4% ten honderd later worden afgelost.
Wij Contractanten ter eener zijde verklaren in de vervaardiging van het orgel en vorenstaande bepalingengenoegen te nemen en ons voor de nakoming daarvan te verbinden.

Te Roderwolde                                            Aldus gedaan en getekend te
het Kerkbestuur                                          Leeuwarden 22 augustus 1910

Toegevoegd is nog de volgende tekst: De heer Timmenga, contractant ter andere zijde
verbindt zich gedurende bovengenoemde
tijdvak ieder jaar het orgel te stemmen
niet tegen een vergoeding van vijftien, maar
van tien gulden per keer. Zegge f 10,-

[. w. g. ] A. Timmenga; J. Boer, Pres. Kerkvoogd; A. Rademaker, Secr. ; J. Middendorp.
Achterop staat; 21 juni 1911 f. 1000,-; 21 aug. 1911 f. 500,-; 7 dec. 1911 f. 350,-. F. 1850,- (02) (20)

In de kerkvoogdijvergaderingen van 1910-1912 komt het nieuwe en oude orgel regelmatig ter sprake. Helaas beginnen de kerkvoogdijnotulen pas op 31 december 1910, zodat de beginfase niet is genotuleerd.
Op 21 december komt in de de vervanging van het orgel door een groter orgel ter sprake.
Bakker en Timmenga wil slechts weinig geven voor het bestaande orgel. Besloten wordt een advertentie te plaatsen in het Nieuwsblad van het Noorden en de Kerkelijke Courant.


1911: In de kerkvoogdijvergadering van 29 mei wordt gezegd het orgel nu in de kerk wordt opgesteld. Ds. van der Molen stelt aan de orde dat de verzekering van f 3.000,-? verhoogd zal moeten worden nu er een nieuw orgel wordt geplaatst. Jaarlijks wordt er contributie betaald aan de Jong en Co., maar niemand van de kerkvoogden weet waar de polis is. De verzekering wordt uitgezocht.
In de kerkvoogdijvergadering van 25 juni wordt melding gemaakt van de ingebruikname. De zoon van orgelmaker Timmenga was uit Leeuwarden overgekomen om het orgel te bespelen. De toespraak van de predikant ging over Psalm 150. Het vroegere orgel werd in de herfst van 1891 geplaatst en is dus 20 jaar in gebruik geweest. Het is inmiddels verkocht aan de orgelmaker Beukema uit Groningen voor f 80,-
In de kerkenraadsvergadering van 11 juni wordt gememoreerd dat het orgel in gebruik werd genomen in een stampvolle kerk. De preek had als onderwerp Psalm 150 verse 4b. Het vorige orgel voldeed niet waardoor er werd besloten een nieuw orgel te laten bouwen vanuit het 'overvloedige' geld van de diaconie. Het orgel doet zijn vervaardigers Bakker en Timmenga alle eer aan. Het orgel werd bespeeld door de orgelmaker A. Timmenga. Predikant was ds. G. van der Molen. De schilder was vermoedelijk H. Kemkers uit Roden volgens onderstaande krantenberichten.
In de kerkvoogdijvergadering van 19 juli komt de verzekering van de kerk weer aan de orde. De kerk is verzekerd tegen brandschade voor f 2.000,- de pastorie voor f 4.000,- en de kosterij voor f 1.000,-
Besloten wordt deze verzekeringen bij één maatschappij onder te brengen. De verzekering voor de kerk blijkt alleen te gelden voor het gebouw en niet voor de inventaris. De inventaris van de kerk zal worden verzekerd voor f 3.000,-




Tekeningen uit het archief van Bakker & Timmenga (klikken op de afbeelding voor een vergroting)


1912: Op 30 oktober 1912 komt aan de orde dat het voorfront van het oude orgel nog steeds in de pastorieschuur staat.
Dit zou moeten worden opgeruimd. Het zink zou er vanaf kunnen worden gehaald en wat brandbaar is om de kachel in de kerk mee aan te steken.
Het zink kan worden verkocht.
Op vrijdag 20 december wordt gemeld dat het zink van het voorfront van het oude orgel is opgehaald. Het bedrag dat er voor werd betaald is niet te lezen.

1912-1931: Volgens het contract had Bakker en Timmenga het orgel minimaal twintig jaar in onderhoud.
In de administratie van Bakker & Timmenga is een overzicht te vinden van de stembeurten tussen 1911 en 1913 1914-1925 en 1926-1943.
In november 1949 wordt het orgel gestemd voor f 36,05. Daarna wordt het stemcontract opgezegd.(20)


Nieuwsblad van het Noorden 23-06-1911


Provinciale Drentsche en Asser courant 27-06-1911, Nieuwsblad van het Noorden 27-06-1911


Provinciale Drentsche en Asser courant 11-09-1915

1916: Van 1 maart dateert een instructie voor de functie van koster en organist. De organist is Th. D Cremer en hoofd van de openbare lagere school
1. Hij dient orgel te spelen bij elke kerkdienst zoals door de kerkeraad wordt bepaald.
2. Hij dient zich zo te gedragen dat hij de gemeente geen aanstoot geeft.
3. De functiebeschrijving als koster heeft alleen betrekking op de werkzaamheden bij het avondmaal.
4. Zijn bezoldiging bestaat uit het vrije gebruik van de woning en de tuin. De opbrengst van 7 grazen hooiland (= circa 3,5 hactare) en twee pacht van f 12,-
5. De benoeming houdt op als hij vertrekt als schoolhoofd van Roderwolde. (#n09)

1919: Uit deze tijd zijn twee instructies bewaard voor de kerkdienaar. Een exemplaar opgetekend in een schrift dateert van 23 oktober 1919. Deze instructie is ondertekend door Jakob Boer. Hij kreeg een vergoeding van f 175,-
Het andere exemplaar is ongedateerd. Tot zijn taken behoorde het om de balgen van het orgel te treden. (08)

Van de periode 1917 tot 1942 zijn een viertal rekeningen van Bakker en Timmenga bewaard gebleven. 1917: f 10,-; 1918: f 12,-; 1926: f 18,10 en 1942: f 17,60. (11)

193x: Johan van Meurs noteert de gegevens van het orgel in zijn dispositiecahier

Klik op de afbeelding voor een vergroting (16)

1934-1936: Bakker en Timmenga krijgt in 1934 f 15,10 uitbetaald voor een stemming en f 0,60 aan porto. In 1936 hetzelfde bedrag. In 1937 f 16,50. In 1938 op grond van een nota f 32,50. 1939: f 16,50 1940: f 16,50 1941: f 17,50 1942: f 17,85 1943: f 20,40
In 1943 wordt f 7,- uitgegevens voor 'het orgelstje in het gemeentelokaal' (15)

1936: De kerk krijgt toestemming om een catechisatielokaal te bouwen. Volgens de inventarislijst van 1942 staat er een orgel. Waarschijnlijk een harmonium. (10)


Foto http://kerkeninbeeld.nl/

1955-1958: Orgelstemmen door Flentrop f 50,- (15)

1982: Op 27 oktober gaat de kerkvoogdij akkoord met de offerte van 7 oktober van orgelmakerij mense Ruiter voor het installeren van een windmotor. Een erkende electriciën zal zorgen voor de juiste aansluiting. (19)

1985: Installatie van een Ventus windmotor. (18)

1996: Op 7 februari levert orgelmakerij Mense Ruiter de gegevens voor een aan te schaffen luchtbevochtiger aan. Deze kan worden geeverd en geplaatst door Van den heuvel-Glascom uit Leiden. (19)

2000: In 2000 schreef orgeladviser Stef Tuinstra een rapport over het orgel. De onderhoudsgeschiedenis is af te lezen aan potloodnotities aan de binnenzijde van het orgel door Bernard Timmenga tot 1953. Vanaf 1953 stemt orgelmakerij Flentrop het orgel. In 1953 "Van Dam" en vanaf 1985 PL (P.L. Leemhuis van orgelmakerij Mense Ruiter). Het orgel is nog volledig origineel inclusief de windvoorziening. Er is alleen een windmotor toegevoegd.
De restauratie zal bestaan uit groot onderhoud en schoonmaak. (19)

2001: Van de Stichting tot Behoud van het Nederlands Orgel werd een subsidie verkregen van EUR 2.000,- (05)
Op 17 januari krijgen orgelmakerij Mense Ruiter en orgelmakerij Bakker & Timmenga een uitnodiging een offerte te maken voor de restauratie van het orgel op basis van het rapport van Stef Tuinstra. De offerte dient voor 15 maart binnen te zijn.
Op 116 maart bevestigt de president-kerkvoogd de ontvangst van de offerte van Mense Ruiter. De offerte is conform het rapport van Stef Tuinstra. Hij wil overleggen met Stef Tuinstra en zijn achterban omtrent wat wel en niet bij deze restauartie aan te pakken. Volledige restauratie of partiële restauratie.
Op 12 april doet president-kerkvoogd Boerema een voorstel voor een overleg tussen orgelmakers en orgeladviseur om te zoeken naar een optimale restauratie binnen het beschikbare budget. Hij doet de volgende besparingsvoorstellen:
- Opslag pijpwerk op orgelbalkon in plaats van in de werkplaats
- geen handgrepen op de luiken
- bescheiden aanpak orgelluiken. Windschakelaar op de plaats laten
- orgelbank laten zoals hij is
- is balg herstel mogelijk op lacatie?
- Hoe windlade te herstellen
- Celluloidbeleg klavier handhaven en herstel pedaalklavier vereenvoudigen.
Het restauratiebestek dateert van 19 april 2001.
Op 20 april bevestigt president-kerkvoogd Boerema de aangepast offerte. Hij gaat overleggen met Stef Tuinstra en subsidiënten en hij hoopt binnen een maand duidelijkheid te hebben over het vervolg.
Op 28 mei schrijft de kerkvoogdij dat ze overleg hebben gehad met rijksorgelbouwadviseur dhr. Van Straten. Van Straten stemt grotendeels in met het geoffreerde. Het volledig beleren van de blaasbalg trekt hij in twijfel. Beter is af te wachten tot de blaasbalg in de werkplaats. Daar kan bepaald worden wat er moet gebeuren. Deze werkzaamheden kunnen als stelpost worden opgenomen.
Het contract voor de restauratie wordt getekend op 7 juni 2001.
Op 7 juni bedankt orgelmakerij Mense Ruiter voor het verlenen van de opdracht. Het bedrag voor de windvoorziening is uit de offerte gehaald en opgenomen als stelpost. Aanvang werkzaamheden wordt verwacht december 2001.
Op 4 oktober komt de verzekeringskwestie aan de orde. Ruiter gaat er van uit dat de verzekering geldig blijft als het orgel in de werkplaats staat. Voor het tarnsport is een verzekering gesloten. Werkzaamheden vangen in januari aan. Als tijdelijke oplossing wordt een kistorgel "Ukkie" angeboden. (19)

2002: In het kerkblad wordt bericht over de voortgang van de restauratie. Het orgel is in januari overgebracht naar de werkplaats. In de periode dat het orgel in de werkplaats is wordt gebruik gemaakt van een kistorgel. De financiering is nu geheel rond.
Op 18 februari bericht orgemakerij Mense Ruiter over de beslissing de schepbalgen buiten werking te stellen en van de hoofdbalg alleen de zwikken opnieuw te beleren. Orgelmakers, orgeladviseur en RDMZ waren daarbij aanwezig.
Het verguldwerk werd uitgevoerd door Kunstrestauratie Beeldende Kunst van Lammert Mulder.
Op 26 augustus schrijft orgelmakerij Mense Ruiter dat de werkzaamheden in de werkplaats zijn afgerond en dat het orgel naar de kerk is overgebracht. De stelpost voor de windvoorziening is slechts deels gebruikt, omdat van de hoofdbalg alleen de zwikkels van nieuw leer zijn voorzien. De schepbalgen zijn buiten werking gesteld.
Dit minderwerk geeft een behoorlijke besparing. Er wordt naar gestreefd het orgel voor 6 september speelklaar te hebben.Op 2 oktober meldt orgelmakerij Mense Ruiter dat de restauratie is afgerond en dat de laatste termijn ter betaling is aangeboden.
Op 21 november schrijft de kerkvoogdij van Roderwolde dat het orgel op 20 november officieel is opgeleverd in het bijzijn van de rijksorgeladviseur. De orgelmakers worden uitgenoidg aanwezig te zijn bij de ingebruikname op 17 januari 2003. (19)

2003: Het orgel wordt op 17 januari in gebruik genomen met een toelichting op de orgelrestauaratie door de orgelmaker en een demonstratie door orgeladviseur Stef Tuinstra. Zie programma.
In 2003 heeft orgeladviseur Jan Jongepier zeer uitgebreid het pijpwerk van het orgel geïnventariseerd. Hier de eerste pagina's vvan het rapport.
Op 30 september stelt de Commissie Orgelzaken een rapport op over het resultatt van de restauratie.
Het conserverend herstel is zeer zorgvuldig uitgevoerd. Alles functioneert weer naar behoren.(19)


Foto orgelmakerij Mense Ruiter


Roder Journaal januari 2002 (06/a>), Roder journaal 8 januari 2002


De Regiokrant 12 februari 2002


DDe Orgelkrant 2003 april blz. 7

Bronvermelding:
  1. Romein. Predikanten(1861)101 en 109.
  2. Drents Archief: 0392 Nederlands Hervormde gemeente Roderwolde 240 Contract tussen de kerkvoogdij en A. Timmenga, firma Bakker en Timmenga voor de bouw van een orgel en het onderhoud en stemmen daarvan gedurende een periode van twintig jaar; 1910
  3. De ORGELkrant 2003/04
  4. www: http://reliwiki.nl/index.php?title=Roderwolde,_Hoofdstraat_25_-_Jacobskerk
  5. Mededelingen nr. 57 najaar 2001 van de Stichting tot Behoud van het Nederlands Orgel
  6. Archief Jaap Brouwer
  7. Drents Archief: 0392 Nederlands Hervormde gemeente Roderwolde 224 Stukken betreffende het geschil tussen A. Odding en de kerkvoogdij over een aan het voorzangers-, schoolmeesters- en kosterambt te Roderwolde verbonden emolument (het weiden van 3 koeien op de Roderwolder dijk); 1830-1852
  8. Drents Archief: 0392 Nederlands Hervormde gemeente Roderwolde 222 Instructie voor de kerkdienaar; 1919 en z.jr. (1912 ?)
  9. Drents Archief: 0392 Nederlands Hervormde gemeente Roderwolde 220 Akte van aanstelling van organist en koster, met concept; 1916
  10. Drents Archief: 0392 Nederlands Hervormde gemeente Roderwolde 245 Stukken betreffende de bouw van een catechisatielokaal, 1936/37, en een in 1942 opgemaakte inventarislijst.
  11. Drents Archief: 0392 Nederlands Hervormde gemeente Roderwolde 274 Bijlagen tot de rekeningen; 1870-1943 (fragmentarisch)
  12. Drents Archief: 0392 Nederlands Hervormde gemeente Roderwolde 270 Jaarrekeningen van ontvangsten en uitgaven 1821-1823, 1825-1832, 1834-1936, 1839- 1840, 1842-1886, 1894-1920, 1922-1935, 1937-1949
  13. Drents Archief: 0392 Nederlands Hervormde gemeente Roderwolde 2 Notulen van vergaderingen van de kerkenraad 1879-1952
  14. Drents Archief: 0392 Nederlands Hervormde gemeente Roderwolde 201 Notulen van de vergaderingen van de kerkvoogdij 1910-1931
  15. Drents Archief: 0392 Nederlands Hervormde gemeente Roderwolde 278-280 Kasboek 1894-1948
  16. Boek: Jaap Brouwer: Johan van Meurs - Een studie over een pionierend orgeladviseur
  17. Drents Archief: 0392 Nederlands Hervormde gemeente Roderwolde
  18. Stef Tuinstra: Bakker & Timmenga-orgel Roderwolde - Historische- en bouwkundig rapport met restauratieplan betreffende het orgel in de Hervormde Kerk
  19. Archief orgelmakerij Mense Ruiter
  20. Historisch Centrum Leeuwarden 1631 Orgelfabriek Bakker en Timmenga B.V. te Leeuwarden, 1880-1969


Foto Michiel van 't Einde (04/a>)