Emmen,  Grote kerk

Informatie over de kerk


Situatie voor 1855

Volgens Van der Aa was er voor 1872 geen orgel aanwezig. (02) Dit blijkt ook uit de aanstelling brief uit 1865 voor een koster, voorlezer en voorzanger.
Wel zijn er vermoedens over een orgel dat in de 17e eeuw aanwezig geweest zou kunnen zijn. Van der Aa vermeldt een nis waarin een orgel zou kunnen hebben gestaan.
Deze bewering staat ook in het boek van de 3 podagristen, die in de jaren '40 van de 19e eeuw de kerk bezoeken en er het het volgende over schrijven:  "Maar de kerk 'der Hervormden ! - Hoe dragelijk haar uiterfijk is en hoe spits haar geüurwerkte toren ook naar boven stijgt, - haar innerlijk zou u- 't hooge woord moet er uit! - een kille huivering door t gebeente jagen. Nergens nog zagen wij somberder, akeliger gebouw, dán dit heiligdom, waar ’t evangelie van CHRISTUS den mensch tot godsdienstige blijdschap moet stemmen..... De kerk heeft iets kloosteraachtigs in hare inrigting, - iets , wat wij niet weten te betitelen, om 't u aanschouwelijk voor te stellen; Pilaren -maar zoo dwergachtig, alsof derzelver bouwmeester tot zijn verontschuldiging meende, dat ieder zich met een in magnis voluisse liet te vrede stellen. Gewelven -brr! - vergeeft ons, dat wij ons gevoel niet onderdaniger maakten aan onzen wil. Een beun - de tralies ontbreken om er een bok uit Van AKEN's menagerie in te hervinden. Men wees; om een nis of iets dergelijks in den muur waar vroeger een orgel gestaan had. De legende verhaalt, dat BEREND VAN GALEN op zijn tournée à la ATTILLA door deze streken, ten jaren 1672, dit kerkmeubel vernielde". (29)


Ansichtkaarten Rechts uit 1904

1855: De oude kerk wordt vervangen door een nieuwe kerk. De toren van de oude kerk blijft in gewijzigde vorm gehandhaafd.
In het bestek van de bouw van de nieuwe kerk is er bij de paragraaf over het afbreken van de oude kerk geen sprake van een orgel. De inventaris met zijn onderdelen wordt genoemd, maar geen orgel.


Links: Provinciale Drentsche en Asser courant 18-04-1855; rechts: ongedateerde tekening van de kerk uit een veel latere periode. Klik op de tekening voor een vergroting.

1865: In de instructie en aanstellingsvoorwaarden voor de koster, voorlezer en voorzanger voor de hoofdonderwijzer J. org staat in artikel 5: 'Indien er een orgel in de kerk geplaatst wordt, zal de koster de verpligting als organist op zich nemen en het orgel moeten bespelen.' Blijkbaar waren er al plannen om een orgel te plaatsen.


Provinciale Drentsche en Asser courant 21-03-1872

1872: Kerkvoogdijvergaderingen van 8 maart 1872, 12 november 1872, 28 maart 1873
Op de kerkvoogdijvergadering van 8 maart wordt besloten een orgel aan te schaffen op een nieuw te bouwen 'zolder'. f 4.000,- wordt geleend tegen een rente van 4,5 %. Andere mogelijke financieringsbronnen zijn de pastoriegoederen met f 500,- en de 'kooppenningen' van de pastorij met f 1.700,- en f 1.800,-. De lening wordt afgelost vanaf 1879 met f 600,- per jaar. Er wordt voor de lening van f 4.000,- toestemming gevraagd aan het Colle van Toezicht. (36)
Op 28 maart schrijven de kerkvoogden aan het College van Toezicht dat kerkvoogden en notabelen hebben besloten om een orgel in de kerk te plaatsen. De kosten zullen worden gedekt door een lening van f 4.000,-. Het college wordt verzocht het ingezonden plan goed te keuren.
Op 29 oktober schrijft het College van Toezicht aan de kerkvoogdij van Emmen dat de geldlening kan worden goedgekeurd mits er een vaste termijn wordt opgenomen waarbinnen de lening moet worden afgelost. (38)
Op 12 november wordt gemeld dat het College van Toezicht per brief van 29 oktober het plan voor de lening van f 4.000,- alleen goed wil keuren als er ook een aflossingsplan is. Men besluit de lening af te lossen over een periode van 20 jaar in termijn van f 200,-. (36)
Van 5 december 1872 dateert een bonnetje van een kerkvoogd voor een bezoek aan Veendam. Heeft hij orgelmaker Roelof Meijer bezocht? (40)

1873: Op 27 januari schrijft het College van Toezicht dat ze nog wat op- en aanmerkingen hebben op het plan.
Op 10 maart schrijft de kerkvoogdij aan het College van Toezicht dat de lening van f 4.000,- voor het orgel zal worden verkregen door inschrijving in aandelen van f 200,-. (38)
Op 15 maart keurt het College van Toezicht het aangepast plan goed.
Op 28 maart 1873 wordt besloten het orgel op de tweede Paasdag in de ochtenddienst in gebruik te nemen. 's Middag wordt er een orgelconcert gegeven waarvoor een toegang van f 0,25 zal worden gevraagd. De opbrengst komt ten goede aan de diaconie. (36)
Op 13 april tekent orgelmaker Meijer voor de ontvangst van f 2.425 als eerste termijn. (33)
Op 30 december verklaart Jan Strating f 4,75 te hebben ontvangen voor reis- en verblijfkosten naar Veendam in januari 1873. Bezocht hij ook Roelof Meijer? (40)

Klik op de afbeelding voor een vergroting.
Transcriptie: 'Ontvangen van H.H. Kerkvoogden der hervormde Gemeente te Emmen de somma van twee duizend vierhonderd en vijf en twintig Gulden, zijnde de gedeeltelijke betaling van het Orgel, door ondergeteekende geleverd, voor de aannemingssom van vierduizend en vijf- en zestig Guldens, wordende het resteerende af geeheele uitbetaling gedaan in maand November 1373.
Zegge f.4025.-. Emmen den 13 April 1873
get. R.Meijer. (Handtekening)
           2425
           1640
           4065

Op 13 april keurt organist Baning uit Dalen het orgel. Zijn rapport luidt als volgt: 'De ondergetekende J. Baning, als daartoe door H.H. kerkvoogden der Hervormde Gemeente Emmen gemachtigd, verklaart als deskundige, dat het orgel aldaer in de kerk geleverd goed is. Gij verklaart tevens dat hij, na het werk nauwkeurig te hebben nagezien, geene gebreken van eenige betekenis heeft ontdekt en alzoo de overname van het werk genoemde kerkvoogden heeft aangeraden op grond vooral, dat de toon goed en het werk zeer netjes is afgewerkt. tevens geeft ondergetekende den wensch te kennen, dat de verklaring moge dienen tot aanbeveling van den heer R. Meijer als den maker van genoemd orgel. gedaan in tegenwoordigheid van H.H. Kerkvoogden van genoemde Gemeente te Emmen opt den 13 April 1873
J. Baning'(33)

Op 14 april wordt het orgel tijdens de ochtendienst ingewijd. 's Middags geeft organist C. Bos uit Veendam in samenwerking met een solist en aan zangkwartet een concert. (6). Er wordt f 0.25 entree gevraagd voor de kerkenkas en de diaconie.

Op 2 december tekent Meyer voor ontvangst van het resterende bedrag  (33)

Klik op de afbeelding voor een vergroting.
Transcriptie: Ontvangen van Heeren Kerkvoogden der Hervormde Gemeente te Emmen de somma van vier duizend Gulden tot geheele afbetaling van het Orgel in de kerk, door ondergeteekende geleverd voor de aannemingssom van vierduizend Guldens.
Zegge f.4000.-. Emmen den 2 Dezember 1873
get. R. Meijer (eigen handtekening)
Orgelmaker te Veendam.

De tekst van het garantiebewijs luidt als volgt:
Ik ondergetekende, orgelmaker te Veendam, verbind mij door dezen vijf jaren voor het door mij in 1873 den 15 April aan de gemeente Emmen geleverde orgel in te staan of garandeeren zoodat alle gebreken welke in die tusschentijd aan het orgel mochten ontstaan, mits niet door verwaarlozing of moedwil veroorzaakt door mij kosteloos zullen worden hersteld
uitgenomen de stemming
R. Meijer
Orgelmaker te Veendam (33)

Ontvangen van H.H. Kerkvoogden te Emmen de somma voor overbouw en verven van het Orgel de somma van negenzestig Gulden
Zegge f.69.-. Emmen den 2 Dezember 1873
get. R. Meijer (eigen handtekening)
Orgelmaker te Veendam.

Ontvangen van de Kerkvoogden te Emmen zesenveertig Gulden, zijnde zeven maanden interest van het jaar 1873.
Zegge f.46.-. Emmen den 2 Dezember 1873
get. R.Meijer (eigen handtekening
Orgelmaker te Veendam.




Provinciale Drentsche en Asser courant 14-02-1873, Provinciale Drentsche en Asser courant 04-04-1873, Provinciale Drentsche en Asser courant 10-04-1873


Provinciale Drentsche en Asser courant 16-04-1873

 


Provinciale Drentsche en Asser courant 18-04-1873, 19-04-1873


Provinciale Drentsche en Asser courant 08-05-1873

De dispositie van het orgel is niet vermeld in de archiefstukken, maar kan aan de hand van latere archiefstukken en onderzoek van instrument als volgt worden afgeleid (Stef Tuinstra) Opmerkingen W.D. van der Kleij (5):

Manuaal I C-e3   Manuaal II C-e3   Pedaal c-g
Prestant 16' Salicionaal 8' Aangehangen
Bourdon 16' Open fluit 8'  
Prestant 8' Holpijp 8'  
Gemshoorn 8' Viool prestant 4'  
Roerfluit 8' Fluit d'amour 4'  
Gamba 8' Woudfluit 2'  
Octaaf 4' Open plaats    
Gemsfluit 4'      
Quint 2 2/3'      
Octaaf 2'      
Mixtuur III      
Trompet 8'      
         

Opmerkingen:
Volgens de rekeningen kostte het orgel totaal f 4180,- (4).
Het jaarlijks onderhoud en het stemmen verzorgt hij voor f.20.-.(7)
W. Koopman wordt voor f 15,- per jaar orgeltrapper. Zijn zoon neemt het later van hem over tot de aanschaf van de windmotor in 1931.

1879: Van 4 april dateert een kwitantie van Meijer van f 20,- voor het stemmen van het orgel. (40)

1885: Na het overlijden van R. Meijer wordt de stemming van het orgel verricht door Henricus van Oeckelen, in opdracht van de weduwe Meijer te Veendam. (7).


Provinciale Drentsche en Asser courant 09-09-1890

1894: Op 6 juli schrijft de blinde organist Van der Kaa vanuit Odoorn of hij op zondag 15 juli een concert kan geven in Emmen.

1905-1919: Vanaf in elk geval 1905 wordt het orgel gestemd en onderhouden door W.K. Beukema, orgel- en pianostemmer te Groningen.
De orgelblaastrapper kijgt f 15,- per jaar. Het onderhoud is doorgaans een bedrag rond de f 20,- In 1912 is er f 70,- nodig. Regelmatig krijgt orgelblaasbalgtrapper Joh. Koopman f 2,- tot f 4,- uitbetaald voor zijn assistentie tijdens het stemmen. In 1912 zijn ze duidlijk langer bezig omdat Koopman dan f 8,- krijgt uitbetaald. (8) (44)


Provinciale Drentsche en Asser courant 21-11-1906 (deel uit een artikel over het Zuidenveld deel 11)-



Emmer courant 16-04-1913


Emmer courant 26-05-1915


Emmer courant 11-09-1915


Emmer courant 09-11-1918



Emmer courant 23-11-1918


1918: Orgelblaasbalgtrapper f 15,- Onderhoud orgel W.K. Beukema f 150,-  (44)

1919: Orgelblaasbalgtrapper f 15,- Onderhoud orgel Joh. Koopman f 5,- J. van Peer f 20,35 Thedinga f 60,20 en f 5,30 R. Kroeze f 3,- vracht 0,25. Het bedrag van Koopman heeft betrekking op het bedienen van de balgen. Bij de andere bedragen is geen specificatie opgenomen. Ze staan echter wel onder de post onderhoud orgel. Thedinga was een garagebedrijf in Emmen. (44)


Emmer courant 29-03-1919, 02-04-1919

1919: Op 19 april overlijdt organist Jan de Boer, die sinds 1873 het orgel bespeelde.


Provinciale Drentsche en Asser courant 22-04-1919, 26-04-1919

1920-1930: Na Beukema onderhoudt P. v. Dam, orgelmaker te Leeuwarden het orgel. (9). In hetzelfde jaar informeert men nog naar de kosten van een herstelling. (10).
Orgelblaasbalgtrapper f 25,- Onderhoud orgel P. van Dam f 467,50 en f 45,10 Joh. Koopman f 27,- In dit jaar vindt er groot onderhoud plaats gezien he bedrag dat betaald werd aan Van Dam en orgeltrapper Koopman.
In de jaren daarna jaarlijks onderhoud door P. van Dam voor f 45,-, waarbij af en toe bedragen werd vermeld voor orgeltrapper Koopman.  In 1921 een betaling onder het kopje onderhoud orgel van f 100,- aan Thedinga (44)

1919: Er wordt een nieuwe organist gezocht en hiervoor plaatst de kerkvoogdij een advertentie in het tijdschrift Het Orgel. Naar aanleiding van deze advertentie en een soortgelijke advertentie voor Harderwijk schrijft Cornelis Immig (1867-1924) in Het Orgel van 1919 juni (01, 02) een artikel over de hoogte van de organistensalarissen, de eisen die men stelt en de (noodzakelijke) bijverdiensten. De discussie gaat verder in het augustusnummer en het septembernummer.
In de kerkvoogdijvergaderingen van april komt het overlijden van organist Jan de Boer aan de orde.
De functie wordt opgesplitst in koster en organist. bekostiging uit de fondsen van de kosterij. Zolang er nog geen nieuwe organist zal de de echtgenoten van ds. de Groot de functie waarnemen. Ook dhr. T.Koopman zal enige diensten gaan spelen. Jaarlijks komt er bij de kosterij f 850,- binnen aan inkomsten. Door verkoop van de kosterij kan dit bedrag verhoogd worden. Dit wordt besloten. Het salaris van de organist wordt vastgesteld op f 750,- en van de koster op f 300,- plus vrij wonen. (39)


Het Orgel 1919 mei, Het Orgel 1919 oktober


Emmer courant 10-12-1919

1920: Op 14 februari een brief van de nieuw benoemde organist Lümer voor een woning. Er wordt besloten een woning te huren. Hij dient een eigen bijdrage te betalen van f 150,- per jaar.
Op 19 november verzoekt de orgelblaasbalgtrapper Joh. Koopman om verhoging van zijn salaris. Dit wordt gebracht op f 100,- per jaar. (39)


Emmer courant 16-07-1921, 20-07-1921, Provinciale Drentsche en Asser courant 25-07-1921, Emmer Courant 27-07-1921

1921: Op 17 juli tekent organist T. Koopman voor de ontvangst van f 97,50 voor het bespelen van het orgel van januari t/m 3 juli 1921. (40)



Foto http://www.kerkeninbeeld.nl De schilderingen in de kerk stammen van de eigen predikant ds. H. de Groot. Hij beschrijft zijn methodiek van werken in een  boekje uit 1922. (41)



Emmer Courant 11-11-1922, Provinciale Drentsche en Asser courant 16-11-1922


Provinciale Drentsche en Asser courant 21-04-1925, 22-04-1925, 27-04-1925


Emmer courant 12-05-1931


Het orgel 1931 mei, Provinciale Drentsche en Asser courant 04-05-1931, De Zaanlander 02-05-1931

1931

1931:  Op 24 maart wordt besloten een deskundige een onderzoek naar het orgel te laten doen. Op grond daarvan kan een besluit worden genomen omtrent reparatie.
Op 28 april wordt een offerte besproken Flentrop. Besloten wordt de werkzaamheden, genoemd onder de punt 1,2, en 3 te laten uitvoeren. De kosten worden geschat op f 1.570,-.
Op 5 juni vraagt organiste mej. Postma of ze op het orgel mag studeren. Dit wordt toegestaan na het herstel van het orgel. De stroom zal niet in rekening worden gebracht. Voor de reparatie van het orgel zal een lening worden gesloten omdat er te weinig geld in kas is.
Op 15 juli wordt besloten een geldlening van f 2.000,- af te sluiten voor de financiering van de reparatie van het orgel. De lening zal worden afgelost in termijn van f 200,-. Ook de opbrengst van verkocht bouwland van de kosterij wordt hiervoor besteed.
Op 24 augustus wordt besloten het orgel uit te breiden. Men noemt dit 'bijbouw'. De kosten worden berekend op f 100,- Een uitbreiding kost f 765,-. [Hiermee wordt zo goed als zeker de uitbreiding met een zelfstandig pedaal bedoeld]
Op 21 september wordt besloten de orgeltrapper Johannes Koopman per 1 januari 1932 eervol ontslag te verlenen.

Uit het instrument zelf en indirecte bronnen leidt orgeladviseur Stef Tuinstra af dat vermoedelijk onderstaande werkzaamheden zijn uitgevoerd:

  1. Gedeeltelijk de- en remontage.
  2. Het aanbrengen van een nieuw vrij pedaal op een pneumatische lade met een Subbas 16' en een Violoncel 8'.
  3. Het plaatsen van een elektrische windvoorziening.
  4. Nazien van balgen, windladen en mechaniek.
  5. Verwijdering hoogste koor van de mixtuur
  6. Vervanging van de quint 3' van het hoofdwerk
  7. Herintonatie van al het pijpwerk. Octaaf 2' van het hoofdwerk werd voorzien van expressions.
  8. Op een open plaats van het bovenwerk werd een voix celeste 8' vanaf d toegevoegd.
  9. De frontpijpen werden opnieuw gepolijst.
  10. Kas opnieuw gevernist. Kleurstelling gehandhaafd (11).

In het kasboek staat voor 1931: Orgelblaasbalgtrapper f 65,- Onderhoud orgel H.W. Flentrop f 2035,10 (44)
Het orgel wordt op 16 augustus weer in gebruik genomen, waarbij orgelmaker H.W. Flentrop het orgel bespeelde.
In de jaren daarna regulier onderhoud door Flentrop voor F50,- per jaar. (44)


Emmer courant 14-08-1931, 18-08-1931, De standaard 23-07-1931


Krantenbericht uit het Nieuwsblad van het noorden d.d. 18-08-1931, Stemmen voor waarheid en vrede jrg 10, 1873 [volgno 2]



Emmer courant 08-01-1932, 12-01-1932

1934: Johannes Koopman overlijdt. Hij functioneerde vanaf de bouw van het orgel tot de installatie van de windmotor in 1930 als orgelblaastrapper.


Emmer courant 27-02-1934, 02-03-1934


Emmer courant 11-01-1935, 18-01-1935


193x: Johan van Meurs noteert de dispositie van het orgel in zijn dispositiecahier. (45)


Klik op de afbeelding voor een vergroting


1938: Onder de post onderhoud orgel: Flentrop f 50,- Zonder specificatie: A. Naber f 20,40 P. Sanders f 3,- Thedinga f 6,05 L. Kliphuis-Homan f 3,25 en f 0,55 J. Hof f 5,13 J. Griemink f 5,-

1939: Vanaf dit jaar is het salaris van de organiste in de boeken te vinden. Voor die tijd werd zij waarschijnlijk betaald uit de kosterijgoederen. Tractement organiste f 390,- onderhoud orgel Flentrop f 50,-

1940-1945: Idem (43)



Drentsch dagblad : officieel orgaan voor de provincie Drenthe 09-05-1944

1946: In dit jaar wordt een restauratieplan opgesteld. Dit plan wordt toegelicht door Dr. G.Das, de toenmalige organist.(14).

1945: 3 april Postma f 97,50 19 oktober Salaris organiste Mevr. Blaauw Meppel 29/4 - 1/9 f 135,- (Postma werd uit haar functie ontheven vanwege de rol van de fam. Postma in de Tweede Wereldoorlog. De ene helft van de familie zat in het verzet en het andere deel collaboreerde met de Duitsers. Dat zal ook de reden zijn dat mej. Postma in 1946 nog een nabetaling kreeg over de periode 1-15 april 1945. Later werd ze weer organiste na het vertrek vam Dr. Das. (43)

1946: Op 11 juni wordt de toestand van het orgel aan de orde gesteld. Volgens een ontvangen rapport vergt herstel van het orgel een bedrag van f 3.250,- op basis van prijzen uit mei 1940. Een dergelijk bedag kan niet worden betaald uit de gewone middelen. Besloten wordt een collecte te organiseren en organist Das een volgende keer uit te nodigen voor een toelichting.
Op 13 juni geeft organist Dr. Das een toelichting op een mogelijke restauratie van het orgel. Hij baseert zijn uitleg op een voorstel van H.W. Flentrop. Hierin wordt het volgende genoemd: revisie van de windladen, verbetering van de mechaniek, dispositiewijziging, toevoeging van een register op het bovenwerk. Men is van mening als de onderhoudskosten hoger worden een herstelling noodzakelijk wordt. Das wordt gevraagd bij Flentrop naar de kosten van restauratie met de huige prijzen. Ook dient hij te informeren naar de kosten als vervanging tijdens de restauratie. (46)
Kasboek: 15 januari salaris Dr. G. Das okt-dec 1945 f 130,- 25 februari nota Flentrop f 34,39 10 april Dr. G. Fas f 97,50 1946 18 juli idem 30 juli mej. Postma 1-15 april 1945 f 22,50 1946 1 oktober Das idem 31 december idem 31 december Flentrop stemmen orgel 1946 f 70,- (43)

1947: Op 19 juni komt onder punt g van de ingekomen stukken een brief van Flentrop over de restauratie van het orgel aan de orde. Gezien de hoge kosten wordt hiervan eerst afgezien. (46)
27 maart Dr. Vente Zwolle f 54,-, 2 april Das f 97,50 24 juli Das f 100,- 7 nov Das idem 31 december Das idem 31 december Flentrop f 70,- (43)
Uit deze tijd dateert ook een rapport over het orgel van Dr. Maarten Albert Vente (20 januari 1947) (15).


Provinciale Drentsche en Asser courant 14-08-1947

1948: Op 11 februari is er sprake van een collecte voor de restauratie van het orgel en het aanbrengen van een klokkenluidinstallatie.
Op 16 september wordt gemeld dat een collecte f 9.705,43 heeft opgebracht. Dit geld zal worden besteed aan: urinoirs, verlichting van de wijzerplaten en luidinstallatie van de kerkklokken en revisie van het orgel door Flentrop. Verder komt een vraag van Dr. Das aan de orde om zijn salaris te verhogen tot f 500,- per jaar. De stemmen staken. Een voorstel om het salaris te verhogen tot f 450,- wordt aangenomen.
 (46)
24 januari Flentrop f 16,50 9 april Das idem 23 juli Das f 130,-13 november Das f 100,- 31 december Flentrop f 81,20 31 december Das f 137,50  (43)


Provinciale Drentsche en Asser courant 29-04-1948, 09-07-1948

1949: De firma Flentrop herstelt het orgel. De uiteindelijke kosten bedragen f 3.370,- Van deze werkzaamheden is geen bestek bewaard gebleven. Wel bleef het rapport van Dr. Maarten Albert Vente bewaard. (Zie rekening in kasboek d.d. 27 maart 1947 van f 54,-) Bovendien is er een gespecificeerde rekening beschikbaar van de timmerman J. Kuper. Vanuit deze gegevens en het instrument kunnen de volgende werkzaamheden worden afgeleid: (Stef Tuinstra) Zie ook noot (12).

Orgelkas:

Windvoorziening:

Mechaniek en klaviatuur

Pijpwerk:

Prestant 16' Nieuw gedekt pijpwerk voor C-Dis van electrolytisch staal, Krupp Essen, E-Bes transmissie oude Prestant 16'-pijpen van het hoofdwerk
Subbas 16' 1930 oregon
Cello 8' 1930 zink
Koraalbas 4' nieuw, metaal

Dispositie na deze werkzaamheden: (13)

Manuaal I C - e''' Manuaal II C - e ''' Pedaal C - d'
Prestant 8' Holpijp 8' Prestant 16'
Quintadeen 16' Open fluit 8' Subbas 16'
Roerfluit 8' Salicionaal 8' Cello 8'
Gemshoorn 8' Viola di Gamba 8' Koraalbas 4'
Octaaf 4' Vioolprestant 4'    
Gemsfluit 4' Fluit d'amour 4'    
Quint 2 2/3' Woudfluit 2'    
Octaaf 2' Sesquialter II-III    
Cornet V disc.        
Mixtuur II-III        
Trompet 8'        

Systeem: Mechanisch, behalve het pedaal, dat pneumatisch was aangelegd. Na deze restauratie treden reeds snel allerlei storingen op. Oorzaken: Droogte door een nieuwe schoorsteen naast het orgel voor de nieuwe centrale verwarming. Zowel de organist dhr. G. Das als D.A. Flentrop maken hier melding van. Voornaamste reden van het slechte functioneren van het orgel was onoordeelkundig stoken. Tot 1966 heeft Flentrop het orgel in onderhoud.

Een alternatieve en licht afwijkende bron van de dispositie na de werkzaamheden van Flentrop is van Meurs:
Man I, Prestant 16 (C-E in B 16), Bourdon 16’, Prestant 8, Gemshoorn 8, Roerfluit 8, Octaaf 4, Fluit 4, Quint 2 2/3, Octaaf 2, Cornet V, Mixtuur II-IV, Trompet 8
Man II, Openfluit 8, Holpijp 8, Gamba 8, Vox Celeste 8 (af d), Vioolprestant 4, Flute d’amour 4, Woudfluit 2
Pedaal, Cello 8, Subbas 16’ (transmissie Bourdon 16) (19)

Kasboek: 15 april Das f 100,- 1949 28 juli Das f 100,- 1949 28 juli Flentrop f 3500,- Boerenleenbank 7 oktober f 3500,- Giro (Bedrag werd overgeheveld van de ene rekening naar de andere rekening) 1949 7 oktober Das f 100,- (43)



Provinciale Drentsche en Asser courant 08-11-1949, 23-11-1949, 23-12-1949


Provinciale Drentsche en Asser courant 03-04-1950, 22-10-1952

1950: 2 januari Das f 137,50  25 mei Das f `100,- 8 juli Das f 125 (43)

1951: 8 januari Flentrop f 70,0 8 januari Das f 312,50 9 april Das f 125.- 10 juli Das f 125,- 4 oktober W. Trots Klazienaveen f 15,- Das f 125,- 12 dec Das f 155,- 19 december Flentrop f 95,- 27 dec Das 6 huwelijken f 45,- 31 dece W. Trots f 5,- (43)

1952: 19 maart W. Trots f 45,85, Das f 125,- 5 juli Das f 125,- 5 april salaris Das f 125,- 27 sep idem 24 dec Flentrop f 95,- (43)

1953: 17 januari Das 4e kw 1952 + 8 huwelijken f 60 f 185,- 18 april Das f 125,- 9 jul Das f 125,- 17 oktober Das f 125,- 24 december Flentrop f 112,50 31 december Das + 8x huwelijk f 192,50 (43)


1954: IIn de kerkvoogdijvergadering van 22 juni wordt besloten een lichtsignaal vanaf predikant naar de organist te installeren om de communicatie te verbeteren.
Organist Das geeft aan de het spelen van alle diensten hem te zwaar wordt. Kan dhr. Trots worden aangesteld als tweede organist?
Op 2 april wordt een brief van Flentrop behandeld waarin wordt gesteld dat de problemen met het orgel worden veroorzaakt door de verwarming waardoor de temperatuur hoger is dan voorheen. er wordt nog even afgewacht.
Op 22 december wordt het bericht van Flentrop behandeld waarin Flentrop mededeelt dat het onderhoudsbedrag wordt verhoogd van f 95,- naar f 115,- (37)
Kasboek: 6 mei Dr. Das f125,- 15 juli W. Trots en G. Das f 75,- voor 2e kwartaal 14 november idem 17 december C. van Eyk orgelspel f 30,- (43)

1955: Kasboek: 12 jan Flentrop f 313,38 25 jan Das 4e kwartaal + huwelijken f 26,- f 101 W. Trots f 75 21 februari C. van Eyck orgeldiensten f 23,- 16 maart W. Trots orgeldiensten f 39,- 19 april C. van Eyck orgelspel f 22,- 24 juni idem f6,- 1 juli G. Das en W. Trots 1e halfjaar f 150,0 5 september W.H. Zwart huur kerkgebouw f 45,- (vermoedelijk voor een orgelconcert) 8 oktober Trots en Das 3e kwartaal f 75,- 27 december C. van Eyck 10 orgeldiensten f 30,- (43)

1956: In de kerkvoogdijvergadering van 11 mei 1956 komt aan de orde dat het herstel van het orgel een bedrag zal vergen van minstens f 7.000,- Ook wordt geadviseerd de verwarmingsruimte te isoleren.
Op 3 augustus vraagt Willem Hendrik Zwart of hij een orgelconcerten in de kerk kan geven. Vanwege de slechte staat van het orgel wordt dit afgewezen. (37)
Kasboek 17 januari Flentrop f 115,- 14 januari Das f 135 incl. 10 huwelijksdiensten W. Trots f 75,- (43)

1957: Op 7 februari vraagt organist Das of er enkele reparaties aan het orgel kunnen worden uitgevoerd. Dit is akkoord.  (37)
Op 4 november schrijft ds. Faber aan de orgelcommissie van de hervomde kerk dat het orgel hersteld moet worden. Deze restauratie zou mooi samen kunnen gaan met een vernieuwing van het kerkinterieur.
Graag wil hij deskundig advies inwinnen. (28)

1958: Op 20 januari 1958 vraagt organist Das ontheffing van zijn functie als organist. In zijn plaats wordt benoemd mej. F. Postma uit Emmen. Mevrouw Rossing wordt reserve-organiste.
Op 8 februari wordt besloten organist Das als cadeau een 'boekwerk' aan te bieden. (37)
Op 6 september schrijft de interne commissie vernieuwing kerkinterieur als antwoord op een brief van de kerkvoogdij dat zij niet verantwoordelijk zijn voor het normale onderhoudswerk van het kerkinterieur. Bijgesloten is een brief van orgelmaker Flentrop met een plan om het orgel te herstellen, dat beschadigd is geraakt door de onoordeelkundig aanleg van de centrale verwarming. (34)
Blijkbaar is contact met de orgelcommissie in 1957 niet tot stand gekomen. Op 19 november schrijft de orgelcommissie aan ds. Faber dat ze de kerk graag willen adviseren. De kosten van het advies bedragen f 45,-. (28)
Op 8 december wordt besloten om tegelijkertijd met de vernieuwing van het interieur ook het orgel een grote beurt te laten geven. Er zal hiervoor een deskundig advies worden aangevraagd. Kosten van dit advies zijn f 45,-. (37)
Op 2 december schrijft de interne commissie vernieuwing kerkinterieur dat tegelijkertijd met de vernieuwing van het kerkinterieur ook het orgel moet worden gerestaureerd. Hiermee zullen enkele tienduizenden guldens zijn gemoeid. Het orgel moet een functie vervullen bij concerten in de kerk. Het is in wezen een goed instrument maar moet kunnen voldoen aan de huidige eisen. Er is een actie gestart voor het inzamelen van gelden. (34)
Op 9 december schrijft de secretaris van de commissie voor de kerkvenieuwing dat ze graag gebruik maken van het advies en vraagt wanneer een deskundige langs komt. (28)
In een brief van 10 december wordt vermeld dat er ook een akoestisch adviseur zal worden ingeschakeld. (34)

1959: Op 13 april 1959 brief van Flentrop dat het onderhoudsabonnement is verhoogd van f 125,- naar f 135,-. (37)
Het advies van de orgelcommissie van de hervormde kerk dateert van 14 april. In het eerste gedeelte wordt het orgel beschreven.
Direct daarna wordt gesteld dat het orgel in slechte conditie is. De windladen hebben veel door- en bijspraak en verliezen wind. de tractuur is mechanisch met uitzondering van het pedaal en een strijker op Manuaal II. De tractuur op Manuaal I rammelt en de tractuur op Manuaal II heeft te weinig diepgang. De manuaalkoppeling trekt onvoldoende door. Het pijpwerk is van diverse herkomst en bevat veel kernsteken. De frontpijpen hebben overlengte. Ook zijn er zinken pijpen. De intonatie is slap en heeft weinig karakter. De zinken trompet heeft een slechte klank. De windvoorziening is onvoldoende. De pedaalkas is van latere datum en waarschijnlijk vrij kort geleden toegevoegd. Men acht restauratie net verantwoord. Graag wil men het advies mondeling toelichten. Op 18 april schrijft de commissie vanuit Emmen dat men graag van de omdelinge toelichting gebruik maakt. (28)
Op 12 augustus 1959 wordt een brief behandeld van W. Eppinga of hij op 21 november een orgelconcert in de kerk mag geven. Dit wordt toegestaan als hij 20% van de opbrengst afdraagt. Mevrouw Rossing-Hoekman stopt als reserve-organist. (37)


Provinciale Drentsche en Asser courant 18-08-1959

1960: Op 23 januari stelt Sjouke van der Kooi (muziekleraar in Emmen) in zijn functie als adviseur van de Hervomde Kerk van Emmen een aantal vragen aan Nederlandse orgelmakers waaronder Mense Ruiter voor de aanschaf van een nieuw orgel.
1. Hoe lang duurt het voordat U kunt beginnen
2. Hoe lang duurt de bouw
3. Wat zijn de prijzen voor de verschillende types orgel: mechanisch en mechanisch met electrische tractie waardoor er een speeltafel van afstand geplaatst kan worden
4. Waar kunnen we orgels van U beluisteren
Gedacht wordt aan een orgel met twee klavieren en vrij pedaal, het ondermanuaal met 8 stemmen, het bovemanuaal met 7 stemmen en op het pedaal 2 stemmen volgens het unit-systeem. Deze brief is aan meerdere orgelmakers gestuurd.
Op 9 februari beantwoordde Ruiter zijn vragen. De punten 1 en 2 zijn niet eenduidig te beantwoorden en hangen af van wanneer de opdracht wordt verstrekt. 1961 is misschien mogelijk. Een orgel van 16 1/2 stem kan worden geleverd voor f 36.300,-. Orgels van Ruiter kunnen worden bezichtigd in de Maranathakerk van Den Haag, Woldendorp Hervormde Kerk en Groningen Filadelfiakerk. Een electrische traktuur wordt afgeraden. (47)
Op 1 december is mejuffrouw Postma 35 jaar organiste. Ze wordt verrast met een bloemetje.

1961: Op 15 februari antwoordt de kerkvoogdij van Emmen op een brief van 6 februari vanuit de orgelcommissie. Het orgel moet dringend gerestaureerd worden. Men wil graag advies.
In juli blijkt dat er een verwisseling is opgetreden met de hervomde evangelisatie in Emmen. Op 27 september wordt het toch een afspraak gepland dat Cor Edskes in Emmen zal komen om het orgel te onderzoeken. (28)
Op 11 oktober wordt er een plan ingediend voor het vernieuwen van het interieur van de kerk. Het orgel zou ongewijzigd kunnen blijven. Wel zou de balustrade en de wand onder het orgel aangepast kunnen worden. (34)

1961: Bericht uit het Nieuwsblad van het Noorden omtrent de slechte staat van het orgel.
Op 13 februari 1961 wordt besloten advies bij de Hervormde Orgelcommissie aan te vragen voor de restauratie van het orgel. (46)

Krantenbericht uit het Nieuwsblad van het noorden d.d. 05-08-1961

1962: In dit jaar waren er discussies over een centrumplan voor Emmen. Er was zelf sprake van nieuwbouw van de kerk in combinatie met een openbare bibliotheek. Deze plannen vonden geen doorgang. Er werd een nieuwe bibliotheek gebouwd naast het Kantongerecht. Zie correspondentie.
Op 9 juni wordt geschat dat de restauratie van het orgel f 25.000,- zal gaan kosten. Er zal contact worden gezocht met de orgelmaker Mense Ruiter. (46)

1963: Op 14 november verwijst de orgelommissie naar het eerdere advies van 14 april 1959. Het orgel zal er niet beter op geworden zijn. Heeft men al besloten tot nieuwbouw? De orgelcommissie adviseert graag. In december antwoordt de kerkvoogdij van Emmen dat het orgel niet wordt vervangen. (28)

1965-1966: Op 17 maart belt orgelmaker Ottes met het Bureau Monmentenzorg. Uit de telefoonnotitie valt af te leiden dat Ottes de opdracht zal krijgen voor een restauratie.
In een brief van 25 oktober 1965 wordt gemeld dat de orgelbalustrade te hoog is en wat zou moeten zakken. (34)
Tegelijkertijd met de inwendige veranderingen in het kerkgebouw, wil men ook het orgel onder handen nemen. Men neemt daartoe contact op met de orgelmaker R. Ottes te Roden, die in een offerte de restauratie toelicht. De organist Vic de Val heeft toezicht op de werkzaamheden (17) Helaas was de orgelmaker Ottes niet in staat om geheel aan de aangegane verplichtingen te voldoen, desondanks werd op bepaalde punten meer gedaan, dan oorspronkelijk in de offerte stond vermeld. Deze offerte bevatte behalve de gewone revisie-handelingen het volgende:

Na de oplevering van het orgel doen zich veel problemen voor. Ottes tracht dit te herstellen, maar slaagt daarin onvoldoende. Enige tijd later gaat hij failliet.
Na deze restauratie ontstaat de volgende dispositie:

Manuaal I C - e'''   Manuaal II C - e'''   Pedaal C - d'  
Prestant 8'   Holpijp 8'   Prestant 16' 1949
Quintadeen 16' 1949 Salicionaal 8'   Bourdon 16' 1966
Roerfluit 8'   Open fluit 8'   Octaaf 8' 1931
Gemshoorn 8'   Octaaf 4'   Schalmei 4' 1966
Octaaf 4'   Gedekte fluit 4'        
Gemsfluit 4'   Woudfluit 2'        
Quint 2 2/3' 1931? Nasard 1 1/3' 1966      
Octaaf 2'   Sesquialter II-III 1931/1949      
Nachthoorn 1' 1949/1966            
Mixtuur II-IV 1966            
Trompet 8' 1966            

Speeltafel van het orgel voor de laatste restauratie

Vanaf 1968 is Vierdag uit Enschede verantwoordelijk voor het onderhoud.

1970: Op 19 september schrijft men aan Erné dat de restauratie van de kerk bijna is afgerond. Men komt nu aan het orgel toe. Wanneer kan Erné naar het orgel komen kijken? (28)


Foto vanuit http://www.kerkeninbeeld.nl



Artikel door W.D. van der Kleij in de Mixtuur nr. 11 1973

1977: Op 1 december meldt organist Vic de Val dat twee medewerkers van orgelmaker Vierdag op 24 november de toestand van het orgel hebben onderzocht. Op basis hiervan hebben ze een offerte gemaakt voor een restauratie.
- Restauratie van de windladen van Hoofdwerk en Bovenwerk f 17.525,-
- Nieuwe speeltafel met drie koppelingen en nieuwe klavieren f 20.795,-
- Pijpwerk: f 17.950,-
- Het zinken groot octaaf van de Quintadeen vervangen door de Bordon 16' van het pedaal. DE transmissie kan dan vervallen.
- De pneumatische Nasard 1 1/3 van het Hoofdwerk verhuist naar het Bovenwerk op de plek van de Salicionaal, die vervalt
- De Trompet 9' wordt vernieuwd met gebruikmaking van de bestaande lepels en tongen. Vernieuwing beker smet gebruik van bestaand materiaal.
- De overige registers repareren, goed sprekend maken en stemmen
- Nieuw mechanisch lade voor het pedaal van C - f1 met Subbas 16', Octaaf 8', Fagot 16' en Schamei 4'
De Subbas is nieuw van hout. f 28.550,-
De werkzaamheden kunnen circa 20 maanden na het geven van de opdracht worden uitgevoerd.
De kosten blijken hoger dan De Val had verwacht. Deze kosten zijn het gevolg van de werkzaamheden door 'orgelbouwer' Ottes in 1966. (48)

1978: In een uitgebreide brief van 16 maart legt de orgelcommissie van de Hervomde Kerk uit wat haar werkwijze is.
Op 1 december komt Vierdag met een offerte van f 98.154,- voor restauratie en uitbreiding van het orgel.
In een brief van 3 december beschrijft organist Vic de Val het orgel. Hij vermoedt dat een deel van het pijpwerk afkomstig van Van oeckelen waar Meijer heeft gewerkt. Het orgel waar oorspronkelijk geheel mechanisch met een aangehangen pedaal. Aan de kas is duidelijk de toevoeging van een zelfstandig pneumatisch pedaal door Flentrop in 1939 te zien. Ook 1 stem van het bovenwerk is pneumatisch. Het zinken pijpwerk dateert ook uit die tijd. De schoorsteen van de luchtverwarming liep vroeger pal langs de orgelkas. In de jaren vijftig begon het orgel veel mankementen te vertonen. De restauratie door Ottes in 1966 was lang niet voldoende. Daarna wordt de dispositie genoemd, waarbij het nieuwe pijpwerk is aangekruist. Het orgel is grotendeels waardevol en fraai van karakter en een restauratie waard.
Het zinken pijpwerk dient te worden vervangen en de pneumatiek verwijderd.
In overleg met Vierdag stelt hij de volgende dispositie voor met 24 stemmen:
Hoofdwerk Bovenwerk Pedaal
Quintadeen 16' Open Fluit 8' Prestant 16'
Prestant 8' Gamba 8' x Subbas 16'
Gemshoorn 8' x Voix Celeste 8' x Octaafbas 8'
Roerfluit 8' Holpijp 8' x Fagot 16'
Octaaf 4' Octaaf 4' x Schamei 4'
Fluit 4' Gedekte Fluit 4'
Quint 2 2/3' Windfluit 2'
Octaaf 2' Nasard 1 1/3'
Nachthoorn 1' Sesquialter II-II
Mixtuur II-IV
Trompet 8'
Nieuwe registers zijn aangekruisd.
Op 6 december stuurt Vic de Val het plan van Vierdag en zijn eigen toelichting naar het college van kerkvoogden.
In het kerkblad Hervormd Emmen van december 1978 schrijft Vic de Val over de plannen voor het orgel. (48)


1979: Op 19 maart vergadert de orgelcommissie voor het eerst. Er wordt een technische-, financiële- en een organisatorische commissie ingesteld. De algehele leiding berust bij dhr. Zegering-Hadders. Het rapport van adviseur Hülsmann is nog niet ontvangen. Er wordt voorgesteld om dhr. Kriek uit Didam te benoemen als orgeladviseur om de 5% advisurskosten te besparen.
Op 11 april verschijnt het rapport van de Hervormde Orgel Commissie van de Hervormde Kerk (HOC). Bij het onderzoek waren aanwezig wijlen organist Vic de Val, orgelmaker Vierdag en leden van de kerkvoogdij. Mogelijk zou aan het orgel monumentale waarde kunnen worden toegekend. Misschien is de nog niet afgesloten restauratierekening van de kerk een mogelijkheid. Bij het onderzoek was het in de kerk 22 graden en gaf de hygrometer 25% aan. Tijdens de restauartie was het orgel ingepakt en zal het vochtiger zijn geworden. Het staat nu bloot aan een snelle uitdroging. De windladen vertonen doorspraken ondanks de restauratie van de laden door Ottes. De laden zijn nu voorzien van een verende sleepconstructie en de pulpeten zijn vervangen door schijven. De Schalmei en de Bourdon van het pedaal zijn aangebracht door Ottes. Ook de Mixtuur, Trompet en vermoedelijk de Nachthoorn 1' zijn van Ottes. Een deel van het Hoofdwerk is nog oorspronkelijk. De Nasard 1 1/3'van het bovenwerk is geplaatst op een pneumatische lade, die verbonden is met de oorspronkelijke windlade middels een plastic buis. De Sesquialter van het Bovenwerk is vermoedelijk van Flentrop. De rest van het pijpwerk lijkt oorspronkelijk. Het frontpijpwerk is van zink en overtrokken met tinfoelie, maar vermoedelijk wel oorspronkelijk.
Geadviseedr wordt een ervaren orgeladviseur in te schakelen. Genoemd wordt Lambert Erné.
Op 24 mei stelt organist Jan van Laar aan Corneille Janssen van het bureau Monumentenzorg (BM) voor om samen met de andere organist Henk Stekelenburg te overleggen over de restauratie.
Op 3 september stuurt orgeladviseur Hans van der Harst een rapport naar de kerkvoogdij. Hij heeft op 15 augustus het orgel bezocht in aanwezigheid van de organisten Jan van Laar, Henk Stekelenburg en Corneille F. Janssen van het BM.
Hij beschrijft kort de geschiedenis en noemt de wijzigingen van Ottes 'geheel uit de oorspronkelijke stijl'. De windladen zijn nog grotendeels oorspronkelijk. Van de oorspronkelijke mechaniek is niet veel meer over vanwege de gewijzigde ladeligging en de toevoeging van een pneumatisch pedaal. De oude magazijnbalg is nog aanwezig. De windkanalen zijn deels oud. De klaviatuur en registerknoppen zijn van 1966 en passen niet bij de stijl van het orgel. De speelaard is onaangenaam en onbetrouwbaar. Het pijpwerk is 'voor een niet onbelangrijk deel' nog aanwezig. Daarna volgt een gedetailleerde beschrijving van het pijpwerk op volgrde van de lade. Van der Harst stelt voor de oude situatie weer grotendeels te reconstrueren en een nieuw mechanisch pedaal. Het orgel is belangrijk genoeg om een overleg met de rijksadviseur voor orgel te overwegen.
Hij stelt de volgende dispositie voor:


Hoofdwerk Bovenwerk Pedaal
Bourdon 16' oHolpijp  8' Subbas 16'
oPrestant  8' o Open Fluit 8' Octaafbas 8'
o Gemshoorn  8' o Salicionaal 8' Octaaf 4'
o Roerfluit  8' oVioolprestant  4' Bazuin of Fagot 16'
o Octaaf 4' o Fluit 4' Trompet 8'
o Gemsfluit 4' Woudfluit 2'
o Quint 2 2/3' Dulciaan of Fagot-Hobo 8'
o Octaaf 2'  
Cornet V Disc  
Mixtuur II-III-IV
Trompet 8'
De met 'o' gemerkte stemmen zijn oud. (48)

1980: Op 19 september vraagt organist Jan van Laar aan Corneille Janssen of het zinvol is via Hans van der Harst een prijsopgave voor een restauratie te laten doen door de orgelmaker Albert de Graaf? (48)

1981: Op 26 januari stuurt de kerkvoogdij een prijsopgave van Albert de Graaf van 13 december 1980 door naar het BM. Het orgel wordt zowel qua dispositie als mechaniek hersteld naar de oorspronkelijke toestand. Het plan is geënt op het restauratieplan van Van der Harst en zal circa f 185.000,- (ex BTW) kosten. Voor het pedaal zal een nieuw orgelkas achter het orgel worden gemaakt. Er zijn twee varianten met Subbas 16' en Octaafbas 8' voor f 37.000,- en een met 3 stemmen (+Bazuin 16') voor f 58.000,-
Van 15 april dateert een begroting van f 24.616,666 voor het schilderwerk door het BM.
Op 7 mei dient de kerkvoogdij een subsidieverzoek in bij de provincie. De kosten worden ingeschat op f 250.000,- Bijgesloten zijn een ongedateerd rapport uit 1981 en een rapport van 3 september 1979 van Van der Harst en de offerte van orgelmaker Albert de Graaf van 26 januari 1981.
Op 1 juli schrijft het BM aan de provincie dat de restauratie van het orgel is aangemeld bij de ISP voor 1981/1982. Het bureau geeft een positief advies voor de restauratie. (48)


Nieuwsblad van het Noorden 3 september 1981

1982: Op 14 juli vraagt de kerkvoogdij het BM om advies omtrent punt 4.4 uit een verslag omtrent een oriënterend gesprek over de restauratie. Waarom er geen subsidie wordt verleend uit de ISP-regeling. Verder blijkt uit het verslag dat het orgel inmiddels erkend is als monument. Later toevoegingen aan het orgel zijn niet subsidiabel. DE kans op subsidie is op dit moment nihil.
Op 16 juli schrijft het BM dat het verkijgen van subsidies op dit moment uiterts moeilijk is. (48)

1983: Op 6 februari schijft orgeladviseur Hans van der Harst dat hij overleg heeft gehad met rijksorgeladviseur dhr. Wiersma. Naar de normen van monumentenzorg heeft het orgel geen monumentele waarde, maar wel stelt men behoud en restauratie op prijs.
Op 27 april vergadert de orgelcommissie. De organisten klagen dat er nog steeds geen actie is voor het restaureren van het orgel. In de kerkvoogdijvergadering van 6 september 1982 is in principe besloten het orgel te restaureren mits er subsidie zou worden verleend. De provincie heeft al subsidie toegezegd. De rijkssubsidie dient te worden aangevraagd via de gemeente. De toestand van het orgel is zeer slecht. De helft is onbruikbaar.
Op 1 december schrijft het ministerie dat het orgel niet voor subsidie in aanmerking komt omdat het orgel in 1930 en 1966 zodanig verandert is dat er geen sprake meer is van een monument.
Op 15 december meldt de gemeente Emmen dat het rijk geen subsidie verleent. De gemeente wijst er op dat men in beroep kan gaan tegen deze beslissing. (48)

1984: Op 4 oktober schrijft de kerkvoogdij aan de Rijksdienst voor Monumentenzorg dat ze teleurgesteld vanwege het niet toekennen van subsidie. Moeten ze uit de beslissing afleiden dat het beter is om het orgel af te breken.
Op 19 november schrijft de rijksdienst dat in een brief s uitgelegd waarom het orgel niet als monument wordt erkend. Een reconstructie van het orgel is echter wel verantwoord. (48)

1985: Op 20 mei schrijft organist Jan van Laar dat het orgel in zeer slechte staat verkeerd. De pogingen van de orgelcommissie om een subsidie te verkrijgen hebben tot nu geen resultaat gehad. Geconcludeerd moet worden dat de hervomde gemeente niet in staat is de restauratiekosten zelf op te brengen. In een vergadering op 4 maart is geopperd of de kerk net voor een symbolische bedrag aan de gemeente kan worden verkocht. De kerk zou dan een multifunctioneel karakter kunnen krijgen. De gemeente Emmen zou dan vernatwoordelijk worden voor de restauratie van het orgel. Als bijlage bij de brief is toegevoegd een korte geschiedenis van het orgel en de acties om een restauratie gerealiseerd te krijgen. (48)


Foto Etto Huizinga

Herkomst pijpwerk voor de laatste restauratie

Hoofdwerk (I) Volgorde op de laden, nomenclatuur van de klaviatuur, omvang C - e3. Het pijpwerk uit 1873 heeft geen expressions. De C-kant is, voor het orgel staande, aan de linkerzijde.
Quintadeen 16 voet 1949. C - H pneumatische transmissie van de Subbas 16vt van het pedaal. Deels afgevoerd, deels op de lade. Klein octaaf elektrolitisch staal, rest orgelmetaal. Geheel met baarden, deels rolbaaarden.
Prestant 8 voet Frontpijpen 1873, zink-orgelmetaallegering, bekleed met tinnen platen; labia rond opgeworpen, geen baarden. C - c: pneumatische transmissie uit Prestant 16vt. c-c': oorspr - eiken-binnen, open, afgevoerd;werk geen steminrichting.
Gemshoorn 8 vt 1873. Groot octaaf gecombineerd met Roerfluit. c: 1949. Op cis oude c van 1873, enge mensuur, flauw cilindrisch. Halve toon opgeschoven. e3 verdwenen. Klein octaaf stemkrullen, rest op toonlengte afgesneden. Geen baarden.
Roerfluit 8 vt 1873. C-h eiken, rest metaal. Niet verschoven. Geheel met baarden, vrij enge roeren, gemiddelde mensuur.
Octaaf 4 vt 1873. Metaal. C:1949. Cis is oude C. Rest ook een halve toon verschoven. Groot octaaf met  baarden. Nu onderste 2 oktaven met stemkrullen (oorspr. C-cis met stemlappen). Rest op lengte; e3 weg.
Gemsfluit 4 vt 1873, metaal, wijde mensuur, licht conisch, fis2-e3 open cylindrisch. C uit 1949. Cis is oude C. Rest 1/2 toon verschoven. e3 weg. C-dis met stemkrullen. Geen baarden.
Quint 3 vt 19e eeuw, niet van Meijer. 2 verschillende facturen: 32/21 pijpen. De te grote roostergaten in de bas wijzen op een mensuurwijziging voor 1949. C is van 1949. Rest een halve toon opgeschoven. Vanaf Cis 13 pijpen met stemkrullen, dan 18 met expressions, de rest op lengte.  Mogelijk in 1931 geplaatst.
Octaaf 2 vt 1873. metaal. C van 1949. op Cis de oude C. Rest een 1/2 toon opgeschoven. C-H expressions (1931?). Rest op lengte. Geen baarden.
Nachthoorn 1 vt 1966/1949. Fabriekspijpwerk uit 1966 en 1949, omdat pijpwerk uit de Cornet voor dit register werd gebruikt. Gedeeltelijk stemkrullen.
Mixtuur II-IV 1966. Fabriekspijpwerk. Rooster is van 1873. Stemkrullen t/m half voets lengte. Te enge mensuur.
Trompet 8 vt 1966. Fabriekspijpwerk, opslaand. Bekers in groot octaaf met meer dan de helft verkort. Te enge mensuur. Rooster 1873, opgevuld met vilt.
     
Bovenwerk (II)  
Openfluit 8 vt 1873. C-H metaal, gedekt; c-h1 eiken. ) Open. c2-e3 uit 1949 van metaal. Cylindrisch.
Salicionaal 8 vt 1873. C-H gecombineerd met de holpijp 8vt, rest metaal. Niet verschoven, gedeeltelijk met baarden.
Prestant 4 vt 1873. C-Dis uit 1949. E is oude C. Rest ook 2 tonen opgeschoven. Oorspronkelijke baarden in 1966 verwijderd. cis3-e3 weg.
Holpijp 8 vt 1873. Gedekt. C-h eiken. Rest metaal. Niet verschoven. Geheel met baarden.
Fluit d'amour 4 vt 1873. C-H eiken. Gedekt. c-e2 metaal. Gedekt. Rest open, conisch.
Woudfluit 2 vt 1873; metaal, conisch. C van 1949. Cis is oude C. Rest 1/2 toon opgeschoven. C-h met stemkrullen. Rest op lengte.
Sesquialter II 1949. Oorspronkelijk II-III sterk. In 1966 is het 2vts discantkoor verwijderd. Stok 1873 met opdik.
Nasard 1 1/3 vt 1966, in de plaats van de Vox Celeste uit 1931. Op pneumatische lade (1931) afgevoerd
     
Pedaal   Pneumatische lade, chromatisch, 1949 C~1.
Prestant 16 vt 1949/1966. C-Dis zelfstandig, gedekt, elektrolitisch staal, Krupp-Essen. E-b pneumatische transmissie uit voormalige prestant 16' van het hoofdwerk. (frontpijpen). Rest electrolitisch staal.
Subbas 16 vt 1966. Roodkoper. Gedekt.
Octaaf 8 vt 1931/1966. afgesneden cello. Groot octaaf van zink, rest metaal.
Schalmei 4 vt 1966. Fabriekstongwerk.

Speeltafel na de restauratie van 2003/2004
Foto Etto Huizinga

1992: Stef Tuinstra brengt een advies uit ter verbetering van de situatie.

1999: Er worden diverse acties gehouden om geld in te zamelen voor het uitvoeren van de restauratie.

2000: In een boek van Ger de Leeuw Rondom de Heerenhof wordt op pagina 26 het orgel beschreven. (49)

2003-2004: Restauratie door Mense Ruiter. Oplevering in juni 2004. Voor meer informatie zie het programmaboekje.

Meijer-orgel Grote Kerk Emmen gerehabiliteerd
Na een halve eeuw een kwakkelend bestaan te hebben geleid, straalt het orgel in de Grote Kerk van Emmen weer. Roelf Meijer (1827-1884) bouwde het instrument in 1873. Het telde 18 registers, het pedaal was aangehangen. Orgelmaker Flentrop restaureerde het orgel in 1931 en in 1949 en wijzigde daarbij dispositie en klank. Na die tijd ging het bergafwaarts met het instrument. Kerkverwarming, strenge winters, een kerkrestauratie en een mislukte restauratiepoging door Ottes uit Roden: wat overbleef was een futloos en onsamenhangend klinkend instrument.
Pas toen het orgel eind jaren negentig als monument werd aangemerkt, ontstond de mogelijkheid het door adviseur Stef Tuinstra opgestelde restauratieplan te realiseren. Orgelmaker Mense Ruiter klaarde de klus. Het restauratieplan ging uit van een complete reïntegratie van al het aanwezige oude materiaal, ook dat van latere tijd als dat zinvol inpasbaar was. Doel was ook om een instrument te maken waarop een breed scala van orgelliteratuur uitvoerbaar is. De originele manuaaldispositie is enerzijds hersteld, anderzijds ook enigszins uitgebreid. Een geheel nieuw mechanisch vrij pedaal werd toegevoegd.
Het karakter van het orgel ademt een samenvloeien van de Groningse en de Rijnlandse orgelbouw uit de tweede helft van de negentiende eeuw. De klankopbouw is geheel klassiek van opzet, met kenmerken uit zowel de achttiende als de negentiende eeuw. Door het handhaven van de pijpverschuivingen klinkt het orgel enigszins voller en robuuster dan in Meijers dagen, echter wel met behoud van de hoofdkenmerken van diens klankkarakteristiek. Een uitzondering vormt de Mixtuur. Deze geeft het orgel in de nieuwe samenhang een ranke, vroegnegentiende-eeuwse schittering mee.
Het orgel is inmiddels in gebruik genomen. Voor de komende maanden zijn er verschillende orgelconcerten in de Grote Kerk georganiseerd.
Dispositie:
Hoofdwerk: Prestant 16', Bourdon 16', Prestant 8', Gemshoorn 8', Roerfluit 8', Octaaf 4', Gemsfluit 4', Quint 2 2/3', Octaaf 2', Cornet 5 sterk, Mixtuur 2-4 sterk, Trompet 8'.
Bovenwerk: Open Fluit 8', Viola di Gamba 8', Lieflijk Gedakt 8', Viool Prestant 4', Fluit d'amour 4', Woudfluit 2', Fagot-Hobo 8'.
Pedaal: Subbas 16', Violoncello 8', Bombardon 16'. De registers Violon 16', Octaaf 4' en Trombone 8' worden binnen enkele jaren geplaatst.

2006: De gereserveerde registers van het pedaal Violon 16 vt, Octaaf 4 vt en Trombone 8 vt zijn door Mense Ruiter geplaatst.

2018: Op 18 december doet orgelmaker Mense Ruiter een voorstel voor een onderhoudscontract voor de orgels van de PKN in Emmen. Van elk orgel wordt de onderhoudsgeschiedenis vermeld. (30)

Bronvermelding:

  1. Zie beschrijving kerk
  2. Boek: A.J. v.d. Aa: Aardrijkskundig Woordenboek van Nederland meldt: te Emmen geen orgel (editie 1843).H.T.Buiskool: "Ecclesia Emmensis" , Assen 1933, vertelt op pagina 15 dat volgens overlevering Berend van Galen op zijn tocht in 1672 het orgel vernield zou hebben.
  3. Vervallen
  4. Vervallen
  5. Deze dispositie is afgeleid uit latere veranderingen. Er zijn dus foutieve interpretaties mogelijk. Bovendien moeten we er rekening mee houden, dat het orgel wellicht niet nieuw werd geleverd. Zo zijn de windlade van Manuaal I, de registers Gemshoorn 8', fluit 4' en op Manuaal II de Woudfluit 2' ouder dan het bouwjaar 1873.- De inscripties op de pijpen zijn van een verschillende hand
  6. Vervallen
  7. In het archief te Emmen aanwezige kwitanties, meestal gedateerd in april.
  8. Idem als (7) Het bedrag is nu f.18.-.
  9. Idem als (7) Het bedrag is nu f.45.-. Vermoedelijk had P. van Dam het orgel tot 1930 het onderhoud, hoewel P. v. Dam reeds in 1927 overleed. De fa. werd echter nog voortgezet.
  10. Notulen kerkvoogdij Emmen. Men vraagt aan de predikant dit te willen doen. Het is niet bekend of een dergelijke herstelling is uitgevoerd.
  11. Vervallen. Zie 38
  12. De Voix Celeste kan ook reeds in 1931 geplaatst zijn, zie aant.11. De Prestant 16' was vervaardigd uit elektrolytisch staal. Merk:: fa. Krupp Essen!
  13. Ook deze dispositie is samengesteld uit voorhanden zijnde gegevens. In elk geval was deze dispositie tot 1966 nog op het orgel af te lezen, met dit verschil, dat de mixtuur aangegeven stond als 2-4 sterk.
  14. Notulen kerkvoogdij 11-6-1946. Het orgel is niet in orde, volgens een opgemaakt rapport door de fa. Flentrop moet het orgel worden opgezonden, in elk geval delen ervan. De kosten op basis van mei 1940 bedragen f 3250,- (prijspeil 1940) Men verzoekt Dr. Das, de organist, de zaak toe te willen lichten. Voor de kosten zal een collecte nodig zijn. Notulen kerkvoogdij 13-6-1946. Dr. Das geeft het volgende door aan de vergadering: 1. revisie van de windladen. 2. verbetering van de mechaniek. 3. wijziging van de dispositie. 4. Toevoeging van een register op het 2e klavier.
  15. De te hoge kosten van f 17.000.-, doen de kerkvoogdij besluiten nu de restauratie niet te doen plaats vinden. Notulen kerkvoogdij 19-6-1947. Eveneens correspondentie met fa. Flentrop.
  16. Vervallen
  17. Correspondentie met de fa. R. Ottes te Roden. Archief kerkvoogdij Emmen. De organist Vic de Val functioneerde als adviseur bij deze restauratie. Hij lichtte het een en ander toe, zodat het beeld van veranderingen aan het orgel kon leiden tot de genoemde dispositie van 1966. Oorzaak van alle problemen met het orgel sinds 1946 moet gezocht worden in de verwarming van de kerk met hete lucht. Bovendien werd een schoorsteen gebouwd tot vlakbij het orgel.
  18. E-Mail van Jaap Brouwer d.d. 29-12-2002
  19. Boek: Het Nederlandse historische orgel 1872-1878 blz. 92-95
  20. Tijdschrift: de Mixtuur 11 oktober 1973 De orgels te Nunspeet, Diever en Emmen door W.D. van der Kleij
  21. Tijdschrift: De Orgelvriend 2004/09 Orgelbouw in kort bestek door Dirk Molenaar
  22. Tijdschrift: De Orgelvriend 2007/03 Orgelbouw in kort bestek door Dirk Molenaar
  23. Brochure: Groninger Orgelagenda 2003 Voorbereidingen voor nieuwe restauraties in de verdere toekomst door Stef Tuinstra
  24. Brochure: Groninger Orgelagenda 2005 Orgelrestauratienieuws door Stef Tuinstra
  25. Brochure: Groninger Orgelagenda 2006 Restauraties in 2005 en 2006 in Groningen en Drenthe door Stef Tuinstra
  26. www:http://reliwiki.nl/index.php?title=Emmen,_Schoolstraat_5_-_Grote_Kerk
  27. Aantekeningen van dhr. W.D. van der Kleij en restauratierapport van Stef Tuinstra
  28. Archief Lambert Erné, universiteit Utrecht
  29. Boek: Podagristen, Drenthe in vlugtige en losse omtrekken geschetst door drie podagristen, D.H. van der Scheer Koevorden, 1843 blz. 11-12
  30. Archief Mens Ruiter
  31. Drents Archief: 0352 Nederlands Hervormde Gemeente Emmen 226 Instructie en aanstellingsvoorwaarden voor de koster, voorlezer en voorzanger J. de Boer te Emmen; z.jr. [c. 1865]; concept
  32. Drents Archief: 0352 Nederlands Hervormde Gemeente Emmen 275 Stukken betreffende de afbraak van de oude en de bouw van een nieuwe kerk; 1855- 1859
  33. Drents Archief: 0352 Nederlands Hervormde Gemeente Emmen 280 Stukken betreffende het plaatsen van een orgel in de kerk; 1872, 1873
  34. Drents Archief: 0352 Nederlands Hervormde Gemeente Emmen 294 Stukken betreffende de restauratie van de Grote Kerk te Emmen Correspondentie, 1956-1968
  35. Drents Archief: 0352 Nederlands Hervormde Gemeente Emmen 306 Stukken betreffende de plannen tot het combineren van verschillende instellingen tot een cultureel centrum in Emmen, in samenhang met de te restaureren Grote Kerk; 1961, 1962
  36. Drents Archief: 0352 Nederlands Hervormde Gemeente Emmen 193 Register houdende notulen van vergaderingen van de kerkvoogden, 1855, 1856, 1859- 1871, en van de kerkvoogden en notabelen, 1855, 1859-1873.
  37. Drents Archief: 0352 Nederlands Hervormde Gemeente Emmen 199 Register van notulen van vergaderingen van de kerkvoogden; 1952 oktober - 1960 mei
  38. Drents Archief: 0352 Nederlands Hervormde Gemeente Emmen 196 Register houdende notulen van vergaderingen van de kerkvoogden, september 1905- 1936, en van de kerkvoogden en notabelen, 1905-1938 september
  39. Drents Archief: 0352 Nederlands Hervormde Gemeente Emmen 201 Ingekomen stukken en minuten van uitgaande stukken 1844-1922
  40. Drents Archief: 0352 Nederlands Hervormde Gemeente Emmen 355 Kwitanties van verschillende personen voor de kerkvoogdij; 1873-1949 en z.jr
  41. Boek: Ds. H. de Groot, Protestantsche Kerkdecoratie, Editio Hillegom, 1922
  42. Boek: H.C. Buiskool, Ecclesia Emmensis, Van Gorcum, 1934
  43. Drents Archief: 0352 Nederlands Hervormde Gemeente Emmen 347-350 tabellarisch kasboeken 1942-1956
  44. Drents Archief: 0352 Nederlands Hervormde Gemeente Emmen 341 Registers van ontvangsten en uitgaven 1905-1940
  45. Boek: Jaap Brouwer: Johan van Meurs - Een studie over een pionierend orgeladviseur
  46. Drents Archief: 0352 Nederlands Hervormde Gemeente Emmen 198 Register houdende notulen van vergaderingen van de kerkvoogden en notabelen, 1939 mei - 1963 juni, en van de kerkvoogden, 1960 juni - 1963 mei.
  47. Mense Ruiter Oude Archief
  48. Drents Archief: 0913 Archief van de afdeling Monumentenzorg van de provincie Drenthe 572 Emmen, Schoolstraat 5 (NH kerkorgel); 1977-1985
  49. Boek: Ger de Leeuw, Rondom de Heerenhof, Uitgeverij Drenthe, 2000


Foto Etto Huizinga

 

Voorlopige lijst van organisten:

1873-1919:
Jan de Boer

1919-192x: De vrouw van de predikant de Groot neemt het organistenschap tijdelijk op zich.

1925-1945: Mej. Froukje Postma

1945-1958: Dr. G. Das

In 1949 schrijft Das in het septembernummer van Het Orgel een artikel over het collectespel.


Provinciale Drentsche en Asser courant 11-03-1958

1958-1970 Mej. Froukje Postma


19xx-19xx: Vic de Val
19xx-19xx Jan van Laar
1994-20xx Henk Stekelenburg
19xx-2011 Etto Huizinga
2022-xxxx Wietse Ouwejan

 

emmen03f.jpg (27353 bytes)emmen03c.jpg (25989 bytes)emmen03e.jpg (24060 bytes)
Foto's Door Etto Huizinga